Gedragscode filerijden

Politiek en regelgeving

Met dank voor de extra ruimte, automobilisten in rijstrook 1!

Mag je zelf weten tussen welke twee rijen auto's je tussen de file door rijdt? Nee! Toch zijn er nog altijd motorrijders die dat niet lijken te weten. We zetten de spelregels van de filegedragscode dus nog maar 's op een rij.

Al sinds 1991 mag je met je motor op Nederlandse snelwegen tussen de file door. Om risico's zoveel mogelijk te voorkomen is er indertijd een filegedragscode opgesteld. We fristen hem op details een beetje op en voegden er wat praktische tips aan toe. Een van de belangrijkste regels vind je tussen de punten 4 en 5. Knoop 'm in je oren, voor jouw veiligheid en die van anderen. Ook de spelregels voor automobilisten voegden we toe.


SPELREGELS VOOR MOTORRIJDERS

1. Snelheidsverschil max. 10 km/u
Houd je tempo laag: je mag de auto's in de file met maximaal 10 km/u passeren. Grotere snelheidsverschillen zijn een belangrijke oorzaken voor aanrijdingen in de file.

2. Wees alert
Zit er een gat in de file, wees dan alert op automobilisten die opeens van rijstrook wisselen. Bij hoge temperaturen en stilstaande files is de kans op openslaande deuren groot. Houd de voorwielen van auto's in de gaten en kijk uit voor auto's die lijken te slalommen.

3. Volgafstand
Rijd je met meerdere motorrijders door de file, houd dan twee autolengtes volgafstand aan. Laat je niet gek maken door iemand die sneller wil, maar maak ruimte en laat je achtervolger passeren.

4. Naderen file
Houd bij het naderen van een file achteropkomend verkeer in de gaten. Gebruik eventueel je remlichten of alarmlichten om dit verkeer te waarschuwen. Gebruik tijdens het filefilteren geen alarm- of knipperlichten.

Positie tussen 1 en 2
Je kiest je positie altijd tussen de auto's in de twee meest linkse rijstroken (rijstroken 1 en 2). Automobilisten weten zo waar ze motorrijders kunnen verwachten. Bovendien voorkomt deze afspraak dat een automobilist die ruimte maakt voor een motorrijder tussen strook 1 en 2 een tussen 2 en 3 passerende motorrijder aanrijdt.

5. Achteraan?
Sta je als laatste in de file en kan je er niet tussendoor? Gebruik dan je alarmlichten en houd zo veel mogelijk afstand van je voorligger. Begeef je tussen de auto's zodra daar ruimte voor is: het is daar veiliger.

6. Einde file
Zodra het verkeer weer op gang komt, voeg je in op rijstrook 1 of 2. Gebruik daarbij je richtingaanwijzer.

Afspraak, geen wet
Voor de duidelijkheid: het gaat in Nederland dus om een gedragscode, niet om een wet. Bij een aanrijding met een van rijstrook wisselende automobilist ga je dus niet automatisch vrijuit. Aan de gedragscode zijn geen rechten te ontlenen. En tot slot: als er een file staat, mag je natuurlijk nergens rijden waar dat normaal ook niet mag.

 

SPELREGELS VOOR AUTOMOBILISTEN

1. Houd je spiegels in de gaten
Kijk regelmatig in je spiegels. Zo schrik je niet van passerende motorrijders.

2. Maak ruimte
Motorrijders zijn blij met wat extra ruimte. Als je in de meest linkse rijstrook rijdt (rijstrook 1, naast de vangrail), houd dan links aan. Rijd je in rijstrook 2, ga dan juist wat meer naar rechts rijden.

3. Rijstrookwissels
Van rijstrook wisselende automobilisten vormen het grootste gevaar voor filefilterende motorrijders. Kijk voor je van rijstrook wisselt meer dan eens in je spiegels en geef ruim op tijd richting aan. Er zijn motorrijders die met meer dan de afgesproken 10 km/u snelheidsverschil door de file rijden, maar ook daar wil je geen aanrijding mee- al was het omdat de file er alleen maar langer door wordt.

4. Houd de deuren dicht
Bij stilstaande files kan het verleidelijk zijn om even uit te stappen. Doe dat liever niet: openslaande portieren kunnen voor motorrijders ernstige gevolgen hebben. Moet er toch een deur open, kijk dan eerst serieus in je spiegels.

Tekst:
Hugo Pinksterboer
Beeld:
MAG media
Eerder uitgegeven: